Jul 30, 2023

Toeristen in het Amsterdamse


Category: Columns 2023

Vroeger had ik er niet zoveel last van. Ik hoorde het wel veel van mensen: dat het hen zo stoorde: de toeristen in onze stad, en vaak ging het over het knarsende en snerpende geluid dat rolkoffertjes maken.

Ik dacht altijd: we leven er wel van, van deze vakantiegangers, onze stad is mede daardoor heel welvarend.

Na corona heb ik nu ook de toeristen-zat-modus gekregen. Tijdens die eerste lockdown liep ik vrijwel in mijn eentje over het Damrak naar de Rozengracht. Wat een ruimte ineens! En hoe grappig: mensen begonnen, zonder elkaar te kennen, te groeten.

Een paar jaar later was de stad van het een op het andere moment weer overbevolkt, de toeristen kwamen massaal terug, en wie nog niet wist wat prikkelgevoeligheid betekent, kwam daar nu achter: iedereen moest weer wennen aan een volle stad. Velen ervoeren het als een shock: er stonden weer rijen en je moest je pas weer inhouden om niet tegen de toeristen op te botsen, die altijd zomaar stilstand houden op de weg om op hun mobiel de gps te raadplegen.   

Sinds dit moment ben ik ook om en klaag ik hartgrondig mee met het gejeremieer door mijn stadsgenoten over het teveel aan bezoekers in Amsterdam. Het lijkt er wel op dat we de stad kwijt zijn aan de toeristen, en ook de prijzen zijn ernaar.

Met onze fotoclub gaan we iedere vrijdagochtend op pad. Deze vrijdag was dat naar de Oude kerk, de oudste kerk van Mokum. Nadat we klaar waren met fotograferen, streken we neer op het eerste het beste terras.

Op het Ouderkerskplein zijn twee terrassen: we kozen die uit met de gezelligste stoelen. Mijn blik scande razendsnel de menu kaart: ‘We zitten op stand,’ bracht ik het gezelschap op de hoogte. ‘De cappuccino kost vier euro.’

We knikten goedmoedig naar elkaar, we waren inmiddels wel wat gewend.

Wat verwacht je van een koffie met opgeklopte melk, voor het bedrag waarvan wij met z’n zessen zes pakken koffie hadden kunnen kopen? Lees maar verder…

Er liepen drie kelners rond. Tot dusver was dat prima geregeld. De kopjes koffie werden per twee aangedragen. Het machientje had het er maar druk mee, leek het.

De cappuccino kwam in te kleine kopjes. Ik roerde en zag al dat we bekocht waren: koffie waar de bonensmaak ver te zoeken was.

Zodra onze ober langs kwam, zei ik het, pinnig, ik spaarde hem niet: ‘We don’ t like the coffee.’

De man reageerde gealarmeerd, keek ineens wakker uit zijn ogen:’ It’s the machine,’ stamelde hij.

Jaja, geef de machine maar de schuld, je stelt hem zelf in op minimaal bonengebruik!

Mijn fotoclubleden keken verwonderd: waar was toch die aardige Olga gebleven?

Toen ik binnen ging plassen, zag ik dat op een oppervlakte van drie vierkante meter vijf mensen verhit stonden te koken en te bakken. De sfeer was er om te snijden, in de vitrine lag een immense hoop eten. Ze verwachtten blijkbaar nogal wat klandizie vandaag. Toeristen.

Ja, het is de schuld van de bezoekers, de genotzoekers; alle cafés in de binnenstad worden zo overstroomd door toeristen dat er niet meer aan klantenbinding gedaan hoeft te worden: horecagelegenheden kunnen het zich permitteren om slechte koffie te serveren en torenhoge prijzen te vragen.  

Volgende week komen we bij elkaar in Noord, mijn stadsdeel. We gaan koffie drinken bij mij thuis. En dan hoeft niemand te klagen. Want van klagen word je zo mies…